2015 – Fondduiven.com, Overwinning Sens

Bert en Roger Martens uit Elsloo Zegevieren op NPO Sens in Limburg Totaal.

overwinning Sens _1Bert en Roger verheugd na hun zege op NPO Sens

Voor de afdeling Limburg stond de NPO wedvlucht Sens, voor een afstand van ca. 360 km op het programma. De weersomstandigheden waren weer prima te noemen en met een kalme wind uit de zuid-oostelijke hoek en kreeg het konvooi van 4.722 duiven om 8 uur de vrijheid. De eerste gemelde duif bleek in Elsloo te zitten en wel bij het bekende duo Bert en Roger Martens. Ze klokten hun eerste duif om 12.22.21 en op een afstand van 354 km zou dit een winnende snelheid geven van 1351 m/min. en bleven hiermee de duif van Math Nooyen uit Reuver, welke ca. 40 km meer te overbruggen had, voor. Bert en Roger hadden er 36 mee en het was even wachten voor hun tweede duif zich melde. Ze winnen 10 prijzen, t.w. 1-201-295-317-321-410 etc. Ze kunnen weer een NPO overwinning aan hun toch al rijke erelijst toevoegen. De jonge duiven deden het tot nu toe redelijk goed en in hun samenspel Beek-Bug behaalden ze van de zes vluchten  drie overwinningen tegen gemiddeld 800 duiven. Hun teller staat momenteel alweer op 10 overwinningen in hun samenspel.

“Dafne”

De winnares van deze NPO vlucht kreeg de naam “Dafne” en is een krasduivinnetje  met ringnummer Nl15-1073021. Ze won van de 6 keer dat ze de mand zag vier prijzen in het samenspel Beek-Bug, t.w. 2eMarche (1090 d – na hokgenoot), 37e Charleville (1091 d), 71e Troyes (562 d) en nu 1e Sens (439 d) en verder 1e WEFO Limburg (961 d) en 1e Afdeling Limburg (4722 d).

Haar vader is de Nl08-1897467 en is afkomstig van Dennis Veugelers uit Nieuwstadt. Het is een volle broer van diens “Superman”, 2e Nat. Asduif Midfond ’08 en 2 maal 3e NPO vanaf Gien (4458 d) en Pithiviers (5029 d).

Haar moeder is het “Kras 572” van ’12 en zij werd in 2013 1e Natour kampioen bij WEFO Limburg. Zij op haar beurt stamt uit een zoon van de “Superman” van Dennis Veugelers. Deze zoon was gekoppeld tegen een dochter van de “Witte As” van Jos en Jules Engels.

Solide basis

Het begin van de duivensport gaat voor Bert Martens terug naar de eerste jaren na de tweede wereldoorlog toen vader Harrie de draad van de duivensport weer had opgepakt en boven op zolder van het woonhuis aan de Steinerweg zijn nieuwe duivenhokken inrichtte. Toen Bert nog in de wieg lag had het getrippel en gekoer van vaders duiven op zolder al heel snel zijn aandacht en bewondering. Als broekie had hij dan ook al de weg naar de hokken en duiven gevonden en is er verknocht aan geraakt en gebleven. Inmiddels zit hij al meer dan 60 jaar tussen de duiven. Roger, de zoon van Bert, werd door vader en grootvader ook besmet met het duivenvirus en meldde zich als 12 jarige knaap aan als lid van de plaatselijke vereniging en hielp overal mee op de hokken van vader en grootvader. Toen grootvader in 1989 overleed ging Roger en vader Bert verder met de duiven en vormen sindsdien een zeer succesvolle combinatie. Na het wegvallen van Harrie heeft de echtgenote van Bert, Marlies de jonge duiven een aantal jaren verzorgt.

De grote opmars kwam toen er duiven werden aangeschaft bij wijlen Sjeng Op De Camp uit Stein. Deze liefhebber was vrijgezel en een verwoed verzamelaar van de beste duiven welke hij voor veel geld aanschafte op de kampioenshokken in binnen- en buitenland. Van deze aangeschafte duiven van Op De Camp legden twee duiven de basis van een ijzersterke kolonie. De doffer was de “Oude Schallie” van 1967 en het bleek een super kweker te zijn. Op De Camp kweekte hem uit twee duiven van Piet Meijwis uit Groningen en hier huisden de beste en zuiverste Janssen duiven van weleer. De “Oude Schallie” werd gekoppeld tegen de “Schelfhaut duivin” eveneens van 1967. Op De Camp had haar gekweekt uit rechtstreekse duiven van Jos Schelfhaut uit het Belgische Klinge. De “Oude Schallie “ en de “Schelfhaut duivin” werd een stamkoppel met goudwaarde en al snel behoorden Harrie en Bert tot de besten van de provincie met kinderen en kleinkinderen uit dit koningspaar. Heden ten dage stroomt dit bloed nog steeds door de aderen van hun topduiven. Van het Schelfhaut soort kwam ook de “Rode Schelfhaut” van ’67 via Op De Camp naar Elsloo en zou ook een van de andere hoekpeilers worden. Het was een inteelt product uit de alom bekende “Brave” van Jos Schelfhaut. Een duivin welke zeer zeker ook haar steentje heeft bijgedragen aan de verdere opbouw van de kolonie kwam van eveneens van Op De Camp en voerde het bloed van duiven van Louis Vermeyen, de bekende kronieker uit Antwerpen. Verdere versterking werd nog gehaald bij Louis van Loon uit Poppel en hiervandaan kwam de “van Loon Duivin”. Het was een dochter uit de “Blauwe Atoom” van Louis van Loon.

Ook kwamen er nog duiven van Nic Janssen uit Gronsveld (lijn “Lieveling”) van Leon Janssen uit Hulsberg uit diens van Boxtel duiven en Sjo Waulthers uit Neerbeek en het later nog het Verbarth soort via Sander Krouwel en Wim Pollman uit Tiel. Op deze hokken of lijnen stroomde rijkelijk het Janssen bloed. In 1974 kweekten Harrie en Bert uit een zoon van het voornoemde stamkoppel de “Oude Schallie” x de “Schelfhaut Duivin” gekoppeld tegen de “Vermeijen Duivin” hun “Merckx”. Hij werd de stervlieger van het hok en behaalde in zijn vliegloopbaan 8 overwinningen en werd in 1976 3e Asduif (W.H.z.B) van Nederland. Na zijn briljante vliegcarrière werd hij de nieuwe stamvader. Kinderen en kleinkinderen stuwden het hok na eenzame hoogte.

Inmiddels had Roger de plaats van zijn grootvader Harrie ingenomen en beiden bleven beiden nog jarenlang op hoog niveau voortborduren op deze stam duiven. Doch in de beginjaren van 2000 kwam het sein op oranje te staan en ze moesten aan drietal jaren genoegen nemen met een lagere plaats op diverse erepodiums. Doch het zou niet lang duren en nieuwe duiven werden in 2005 gehaald bij de Belgische broers Jos en Jules Engels uit het Belgische Putte. En dan hebben we het over afstammelingen van de wereldbekende “231” van 1986. Aanvankelijk werden deze duiven zuiver gehouden doch dit bracht hen geen succes. Een kruising met hun oude stam volgde en het hek was weer van de dam en kwamen er weer Asduiven tevoorschijn als eerste prijswinnaars. In 2012 vloog een laat jong uit een Engels doffer de 1e Prov. Sezanne (9.340 d.) Ook de “423”van ’10 en de “647” van ’12 zijn de voorbeelden van deze geslaagde kruising.

Dan kwam er nog duiven van Hans en Evert-Jan Eyerkamp, uit hun Janssen-van Loon stal. Bij Harrie Winkens uit Itteren haalden ze diverse duiven waarmee ze eveneens slaagden. De vader van de duivin welke afgelopen jaar de Derby Limburg won tegen 1.651 d., is afkomstig van Harrie Winkens. Bij Denis Veugelers uit Nieuwstadt kwamen diverse doffers uit de München lijn. De “786” van ’11 is een kleinkind van de “Superman” van Denis (2e Nat. Asduif). De “786” werd zowel in 2011 als 2012 Asduif SS Beek-BUG en vloog o.a. van Orléans de 1e  prijs tegen 218 d. en een 2e prijs vanuit Pithiviers tegen 952 d.

overwinning Sens _2De hokaccommendatie aan de Steinderweg

Hokken van de eenvoud.

Aanvankelijk vloog vader Harrie na de oorlog op de hokken boven op zolder. In 1960 werd er in de ruime tuin een driedelig tuinhok gebouwd. Dit hok staat er momenteel nog en hier zijn de vroege jonge duiven op gehuisvest. Later bouwden ze nog diverse hokken bij, waaronder het grote vlieghok van 16,5 m. Op de bovenste verdieping zijn vier afdelingen ingericht voor de weduwnaars. Op de begane grond zitten de kweekduiven en is voorzien van een ren. Ernaast is er ruimte voor voer, manden en verdere duiven attributen. Geheel achter in de tuin staat een hok en hier worden elk jaar de laatjes op gezet. Alle hokken zijn eenvoudig en verschillend gebouwd. Zo is b.v. het dak van het jonge duiven hok een lessenaars dak van golfplaten. Het grote hok heeft een zadeldak met aan de voorzijde pannen met enkele glasplaten en aan de achterzijde ook golfplaten. Het hok van de laatjes heeft eveneens een lessenaars dak met golfplaten als dakbedekking en voor ongeveer de helft een dakbeschot. De wanden op het grote hok zijn gemaakt van poreuze blokken terwijl b.v. de wanden van het hok van de laatjes is gemaakt van hardboard. Op alle hokken is de verluchting divers. Bij de weduwnaars kan door middel van een grote schuif de opening voor de verluchting geregeld worden. Bij koude en kilte een kleine opening en bij warmte een grotere opening. De overige hokken ventileren door de openingen van de golven van de platen. Alle hokken voldoen prima en zorgen ervoor dat de duiven gezond blijven en er al vele jaren geweldig op presteren. Dagelijks worden de hokken tweemaal gekrabd.

Spel en verzorging

Bert en Roger bezitten 16 kweekkoppels welke ze op 1 december koppelen en ze mogen de eerste ronde zelf grootbrengen. De vliegduiven worden een maand later gekoppeld en wel op 6 januari gekoppeld en als de kweekduiven, welke aan hun tweede ronde bezig zijn, jongen hebben van ca. 8 dagen, worden deze omgelegd bij de vliegduiven. Ook van de beste vliegerduiven blijven de jongen ook behouden. Zo hebben ze ca. 70 jonge duiven ter beschikking voor hun eigen spel. Er wordt uit de kweekduiven en enkele vliegkoppels, welke op een afzonderlijk hok zitten, nog een 50 tal zomer jongen gekweekt welke worden gespeeld op de navluchten.

overwinning Sens _3Twee toppers op de hokken van Bert en Roger

De eerste twee rondes zijn ondergebracht op het oude tuinhok en zitten  er  op twee afdelingen. Vliegen ze goed rond dan worden ze verduistert van 18 tot 8 uur de volgende morgen. Ze verduisteren de zomerjongen eveneens en dit vanaf 1 mei voor ongeveer een maand. Daarna wordt de verduistering voor beide groepen opgeheven en vanaf de langste dag worden de vroege jongen bijgelicht van 18 uur tot 22 uur 15. Dagelijks gaan de jonge duiven twee keer los voor hun training en deze is op vrijwillige basis. Gezondheid primeert om ze goed te laten trainen en over het algemeen hebben ze er weinig problemen mee.

Een drietal weken voor de start van het jonge duiven seizoen worden de manden tevoorschijn gehaald en worden in een 6 tal stappen gelost op afstanden van ca. 8 km tot ca. 25 km. Alles gaat er dan samen uit. Eenmaal de eerste vlucht gevlogen wordt er niet meer gereden.

Na het spenen tot de derde vlucht zitten de jonge duiven nog bij elkaar en ze mogen een nestje maken als ze willen en enkel broeden op eitjes. Na de derde  vlucht worden ze geslachten gescheiden en passen ze het deursysteem toe. Ook nu gaan zowel de doffers als duivinnen er twee maal daags uit voor een training. Eerst de duivinnen en daarna de doffers. Als ze worden ingemand, dan mogen ze vooraf samen zijn voor ongeveer een uur. Als ze van de vlucht thuiskomen mogen de geslachten bij elkaar blijven tot de volgende dag en mogen dan samen uitvliegen en kunnen van een bad gebruik maken.

In de eerste maand na het spenen krijgen de jonge duiven voor een maandje een kweekmengeling in te eten.  Hieraan wordt dan ca. 20% gerst toegevoegd. Alles dient altijd opgegeten te worden. Twee weken voor de eerste vlucht schakelen ze over naar de Gerry Plus mengeling. Drie tot 4 voedingen voor het inmanden van een vlucht wordt hieraan half Sport van Versele Laga toegevoegd en een handje snoepzaad.

Bij thuiskomst geeft Bert en Roger de z.g. “Beute Herstel Power”over het voer, dat bevochtigd wordt met “Beute Lecithine” olie. Midden in de week krijgen ze dan “Beute Sport” over het voer.

De jonge duiven worden geënt tegen paramixo  en werden ze behandeld voor de pokken. Regelmatig gaan ze bij dr. Peeters uit As op bezoek en indien nodig grijpen ze in.

Bert en Roger hebben weer eens kunnen genieten van een succesvol weekend. Naast het winnen van de 1e NPO Sens overrompelen ze al twee weken de navluchten voor de jonge duiven. Op beide vluchten winnen ze de eerste prijs en op de eerste vlucht zelf de eerste 23. Daarnaast een duizelingwekkende serie van 53 resp. 61 prijzen van 68 duiven en tegen 1216 en 1317 d. Dan schijnt de zon zeker nog lang boven de hokken aan de Steinderweg

Bert en Roger van harte gefeliciteerd.

Reacties zijn gesloten.